Nijo Kasteel

Kasteel Nijo (二条城, Nijōjō), gebouwd in 1603, diende als de residentie van Tokugawa Ieyasu, de eerste shogun van de Edo-periode, in Kyoto. Later werd het uitgebreid door zijn kleinzoon, Tokugawa Iemitsu. Het complex omvatte ooit een vijf verdiepingen tellende donjon, die in de 18e eeuw door brand werd verwoest. Desondanks zijn veel oorspronkelijke paleisgebouwen bewaard gebleven, die de macht en verfijning van het shogunaat weerspiegelen. In 1994 werd Kasteel Nijo door UNESCO aangewezen als werelderfgoed vanwege zijn uitzonderlijke feodale architectuur. Het uitgestrekte terrein is verdeeld in drie hoofdgedeelten: de binnenste citadel (Honmaru), de tweede verdedigingsring (Ninomaru) en prachtig onderhouden tuinen, allemaal omgeven door indrukwekkende stenen muren en grachten.

Een hoogtepunt voor bezoekers is het Ninomaru-paleis, beroemd om zijn "nachtegaalvloeren" die onder de voeten piepen om bewakers te waarschuwen voor indringers. De weelderige interieurs van het paleis bevatten rijkelijk beschilderde fusuma-schuifdeuren, prachtig gedecoreerde plafonds en ruime audiëntiezalen die ooit werden gebruikt voor officiële aangelegenheden van het shogunaat. De aangrenzende Ninomaru-tuin, ontworpen in de traditionele Japanse landschapsstijl, biedt het hele jaar door schilderachtige uitzichten. In het voorjaar staan honderden kersenbomen op het terrein in bloei, wat zorgt voor een prachtig decor voor een wandeling of hanami-picknick.