Daishoin Temple

Daishoin Tempel (大照院, Daishōin), gebouwd in 1656, werd oorspronkelijk opgericht als de familietempel van de Mori-clan, die Hagi regeerde tijdens de Edo-periode (1603-1868). Als een prominente tempel van de Rinzai-school van het Zenboeddhisme, staat Daishoin bekend om zijn grote houten hoofdzaal en de serene Zen-tuin die zich achter de tempel bevindt. De tuin, met zijn zorgvuldig gerangschikte rotsen en weelderige begroeiing, biedt bezoekers een authentieke Zen-ervaring en vormt een vredige ontsnapping aan de drukte van de stad. De rustige sfeer van de tempel nodigt uit tot reflectie, waardoor het een perfect toevluchtsoord is voor degenen die innerlijke rust zoeken in het hart van Hagi.

Een van de belangrijkste kenmerken van de tempel is de begraafplaats van verschillende Mori-lords, gelegen in het bosrijke gebied achter de hoofdzaal. De graven van de eerste en even genummerde Mori-lords bevinden zich hier, terwijl de oneven genummerde lords begraven liggen in de nabijgelegen Tokoji-tempel. Een pad dat naar de graven leidt, wordt omzoomd door honderden stenen lantaarns, die een zacht licht uitstralen en een spirituele sfeer creëren. Dit pad versterkt niet alleen het gevoel van vrede, maar benadrukt ook de historische en culturele betekenis van de tempel, waardoor bezoekers in contact komen met de diepe erfenis van de Mori-familie en hun rol in de geschiedenis van de regio.